Vijftig misverstanden over de Bijbel. Pieter J. Lalleman, Gideon Hoornaar 2021, 191 blz., € 16,50
Pieter Lalleman doceerde jarenlang Nieuwe Testament aan Spurgeon’s College in Londen en is nu werkzaam als baptistenpredikant. Hij schreef al eerder het toegankelijke boek De verborgen eenheid van de Bijbel en ook dit boek is gemakkelijk te lezen door de korte en overzichtelijke hoofdstukken. Elk hoofdstuk is gewijd aan één misverstand, maar neemt tegelijkertijd wat vergelijkbare zaken mee. Zo gaat misverstand 15 (‘Kronieken is een herhaling van Koningen’) ook over parallelle passages in de synoptische evangeliën en tussen de brieven aan de Efeziërs en de Kolossenzen.
Sommige misverstanden zijn wat technisch van aard, bijvoorbeeld het onderscheid tussen 1 en 2 Samuël (no. 14), andere gaan meer de diepte in. Misverstand 11 (‘De verteller keurt alles goed’) constateert terecht dat de verteller vaak geen commentaar geeft op misstappen in de geschiedenis die hij vertelt. Daarna wordt echter aangegeven welke aanwijzingen er zijn binnen deze verhalen en binnen de canon als geheel, waarmee je toch goed van kwaad weet te onderscheiden. Andere misverstanden gaan in op historische achtergronden. Misverstand 25 somt keurig op welke groepen Joden er bestonden in de tijd van Jezus. Het verschil tussen de hogepriesters (ja, meervoud) en overpriester wordt haarfijn uit de doeken gedaan, net als het verschil tussen Farizeeën en Sadduceeën. Heel helder wordt ook uitgelegd hoe het schrijven van brieven in die tijd ging bij misverstand 33 (‘Paulus schreef zijn brieven zelf, alleen’).
Het boek wordt helaas ontsierd door enkele simplificeringen en detailfouten, waarbij ik de eerste categorie erger vind dan de tweede. Dat ‘er in het Nieuwe Testament alleen citaten uit canonieke boeken voorkomen’ (p. 19), is niet waar: Judas haalt bijvoorbeeld 1 Henoch aan. Dat ‘je direct weet dat de kerk de juiste beslissingen nam’ (p. 21) inzake de canon, is ook een simplificering: heel veel kerken hebben echt meer dan de 66 boeken die wij als protestanten en evangelischen in de canon hebben (zie ook p. 85). Het echte probleem van de afstamming van Jezus wordt niet aangekaart, namelijk dat de twee geslachtsregisters niet met elkaar overeenstemmen (misverstand 24). Evenmin het probleem van de twaalf apostelen: de drie lijsten kloppen niet met elkaar (misverstand 28). Een paar kleine fouten: niet Robert Estienne was de eerste die de versnummers gebruikte, maar Santes Pagnino (1528). Het boek Deuteronomium heet Devarim (p. 42).
Al met al een heel lezenswaardig boek als inleiding op de Bijbel voor mensen die op zoek zijn naar achtergrondinformatie.
Eveline van Staalduine-Sulman, hoogleraar Receptiegeschiedenis van de Hebreeuwse Bijbel aan de Vrije Universiteit Amsterdam
Comments