top of page

Het einde van de hel

  • Teun van der Leer
  • 12 jun
  • 4 minuten om te lezen

Het einde van de hel. Waarom niemand wordt afgeschreven.

Reinier Sonneveld, KokBoekencentrum Utrecht 2025, 302 blz., € 23,99

Ā 

Dit vlot geschreven boek, dat al veel aandacht in de media trok, bestaat uit twee delen: In deel 1 onderzoekt de auteur ofĀ er een hiernamaals is en in deel 2 hoeĀ dat hiernamaals is. Over het antwoord op die vragen wordt niet geheimzinnig gedaan, want direct al in de inleiding legt Sonneveld zijn kaarten op tafel: ā€˜Je kunt dit boek dus in ƩƩn zin samenvatten: er is een hemel (deel 1) en daar gaat uiteindelijk iedereen heen (deel 2). Deze overtuiging heet ook wel universalisme of alverzoening.’ (17) Ā Een onderscheid tussen deel 1 en 2 is dat in deel 1 vooral algemeen wordt geredeneerd, gericht op een algemeen publiek, terwijl deel 2 meer theologisch is, op bijbelteksten ingaat en dus meer op een christelijk publiek is gericht. Deel 1 bevat vooral een uitvoerig hoofdstuk over bijna-doodervaringen, die volgens Sonneveld een ā€˜zeer sterke aanwijzing’ vormen voor een leven na dit leven (62). Daarnaast spreekt hij over een ā€˜intuĆÆtieve basis om in een hiernamaals te geloven’ als ā€˜beter dan vrezen voor een eeuwig niets’ (73) en betoogt hij in een ander hoofdstuk dat alleen een hemel al ons lijden een plek kan geven.


Sonneveld toonde zich ook al in zijn eerdere werk een goed apologeet, zonder dat hij zaken te vroeg dichtsmeert, en dat is ook hier het geval. Christenen zullen het goed mee kunnen maken. Of het ook zijn andere doelgroep, de sceptici en de agnostici, overtuigt, vind ik lastig te beoordelen. Waar ik veel meer over puzzel, is het tweede deel van het boek. Hoewel hij toegeeft dat er over het hiernamaals eigenlijk niets met zekerheid te zeggen valt (213), zoals hij ook al eerder in het boek de disclaimer gebruikte dat ā€˜niets vanzelfsprekend is als het gaat over hemel en hel’ (31), kiest hij klip en klaar voor het universalisme, zoals hierboven al bleek. Die keuze is legitiem – er is immers een duidelijke universalistische lijn in de Schrift en die moeten we serieus nemen – maar de stelligheid waarmee die wordt gepresenteerd en de soms badinerende toon richting wie er anders over denkt, vind ik lastig. Dat zit al in de titel van het boek; daarover is wat Sonneveld betreft geen discussie meer mogelijk. Hij heeft het uitgezocht, het is nu duidelijk, en de priesters, dominees en religieuze leiders die er nog anders over denken, ā€˜hebben belang bij een vijandbeeld’ (23) en zijn niet bescheiden genoeg (32). Dat is een nare en m.i. onnodige framing. Je merkt dat er een sterke allergie bij Sonneveld zit richting theologen en dominees en mogelijk ook tegen zijn al te stellige gereformeerd vrijgemaakte achtergrond, maar paradoxaal genoeg is hij in zijn stelligheid voor wat betreft het universalisme nog behoorlijk ā€˜gereformeerd vrijgemaakt’ (zoals ook mensen als bijv. Kuitert en zelfs Maarten ’t Hart altijd ā€˜gereformeerd’ zijn gebleven in hun afscheid nemen van dat verleden). En dat is jammer, want het maakt een open gedachtewisseling over dit bepaald niet onbelangrijke thema bij voorbaat uiterst lastig.


Nogmaals, Sonneveld heeft een punt, niet alleen pastoraal (broodnodig!), maar ook bijbels-theologisch. Zo tref je mooie stukken over Jezus die alles herstelt en als het lam op Gods troon zit (zonder overigens in te gaan op de toorn van het lam), schrijft hij indringend over verzoening en genezing en geeft hij terecht aan dat het beeld van eindeloze kwellingen niet zomaar uit de Bijbel is af te leiden, maar eerder op het conto van iemand als Plato is te schrijven (en Dante en Jeroen Bosch, voeg ik toe). Met name in h. 9 laat hij de universele teksten goed naar voren komen. Tegelijk worden niet-universalistische teksten of genuanceerd, omgebogen of niet genoemd (bijv. Joh. 3:16 en 36). Een voorbeeld van ombuiging is de behandeling van de rijke man en de arme Lazarus, een verhaal dat volgens Sonneveld duidelijk aantoont dat er na de dood ruimte is voor berouw, groei en verandering, waarbij hij over het hoofd ziet dat er ondanks de ā€˜spijt’ van de rijke man niets verandert, want er is en blijft sprake van een onoverbrugbare kloof. (Dat dan nog los van de vraag of je een gelijkenis wel kunt gebruiken voor dogmatische conclusies.) Het lijkt erop dat Sonneveld eerst besloten heeft dat het universalisme waar is en het daarna is gaan aantonen. Als je zo te werk gaat, houd je stug vol dat het ā€˜overduidelijk’ in de Bijbel staat (278) en beroep je je bij teksten die niet zo ā€˜overduidelijk’ zijn op het bekende adagium ā€˜verkeerd vertaald’ (256, 273, 275). Dan wil je graag geloven dat het universalisme in de eerste eeuwen niet alleen wijdverbreid was (180), maar zelfs door de meerderheid werd aangehangen (264, 274, beide keren zonder bron). Of je grijpt naar karikaturen, zoals deze definitie van het infernalisme, ā€˜God zal de meeste mensen na hun dood eindeloos in leven houden om te worden gekweld’ (92), en het wegzetten van de heiligen in de hemel als kampbeulen (139). Of je verwisselt te gemakkelijk de categorieĆ«n van eeuwigheid en tijd of God en mens, waarbij God moet passen bij onze moraal (156) of in elk geval bij die van Jezus, die het gelukkig anders doet dan de Tenach (171).


Sonneveld is diep in de materie gedoken en gaat nauwelijks een vraag uit de weg. Zijn pastorale drive is een rode draad door het boek; (te)veel mensen zijn getraumatiseerd door een te scherpe prediking over hemel en hel en hij legt terecht de vinger bij vormen van machtsmisbruik en manipulatie die in dat spoor vaak meekomen. Zijn terechte zorg daarover levert een sympathieke, maar tekortschietende poging op het universalisme stevig theologisch te verankeren. Wat dat betreft kijk ik uit naar de beloofde uitwerking van Arnold Huijgens essay over de hel uit 2023, waar Sonneveld nogal negatief over is, maar waarvan ik hoop dat die nog het nodige toe gaat voegen aan dit belangrijke debat.

Ā 

Teun van der Leer, docent en onderzoeker aan het Baptisten Seminarium aan de VU te Amsterdam

Comments


© 2024 Tijdschrift Inspirare in samenwerking met uitgeverij Merweboek. | Privacy verklaring

  • Facebook
  • LinkedIn Inspirare
bottom of page