Jesus Christ, Hermeneutics, and Scripture
- Theo Hettema
- 20 uur geleden
- 3 minuten om te lezen
Jesus Christ, Hermeneutics, and Scripture. From Epistemology to Soteriology. Re-envisioning Reformed Dogmatics.
Hans Burger, Cascade Books Eugene 2024, 368 blz., $ 42,00
Â
Hans Burger heeft een theologische queeste, die hij door de jaren heen als promovendus, onderzoeker, docent en hoogleraar aan de Theologische Universiteit Utrecht (voorheen Kampen), aan het volvoeren is. Die bestaat uit het tot in alle consequenties theologisch doordenken van het christelijk geloof als ervaring dat de verlossing ligt in het participerend leven in Christus (Being in Christ, 2009; Leven in Christus, 2017). Burgers queeste wordt gedreven door de overtuiging dat de neocalvinistische traditie van Kuyper, Bavinck en Schilder, die Burger in zijn gereformeerd-vrijgemaakte theologische vorming heeft leren kennen, van blijvende waarde is. Op zijn tocht wordt Burger vergezeld door trouwe en koene ridders als de puriteinse John Owen, de neocalvinistische Herman Bavinck, de ethicus Oliver O’Donovan en de hermeneutische theoloog Ingolf Dalferth. In zijn boek brengt Burger de inzichten van zijn werkzaamheid tot nu toe samen in het beschrijven van een bijbelse hermeneutiek.
Het is duidelijk dat de zekerheden van zijn neocalvinistische voorvaderen over de waarheid van de Bijbel in de eenentwintigste eeuw niet meer vanzelfsprekend gemeengoed zijn. Het alternatief van Burger is niet om waarheden te gaan relativeren (zoals politici vaak roepen dat je een ongelukkige uitspraak van hen ‘in zijn context moet zien’). Burger ontvouwt de ferme stelling dat je helemaal af moet van bijbelse hermeneutiek als epistemologie. Het gaat bij bijbelse hermeneutiek niet om een kenleer die in regels valt samen te vatten. Wat dan wel? Bijbelse hermeneutiek is soteriologie, Christusgelijkvormig leven, leven/lezen met de ‘gedachten van Christus’ (1 Kor. 2:16). Dat biedt Christus-vervulde hermeneutiek, maar wel heel anders dan de aloude prefiguratieve lezing van Christus in het Oude Testament.
De gang van Bijbelse hermeneutiek van kenleer naar levensleer in Christus wordt gedragen door een trinitaire geloofsleer. Met name aan de Heilige Geest wordt een belangrijke rol gegeven. De Geest maakt van het leven in Christus een transformatieve praktijk, die zich voltrekt in gemeenschappen en in praktijken waarin de verlossing zich voltrekt. Het boek loopt uit op een uitwerking van het bijbellezen als praktijk van een geloofsgemeenschap in relatie tot de ecologische crisis. Â
Ik stip een paar vragen aan bij dit rijke boek. Ondanks de dragende rol van de gemeenschap in het leven en het kennen van de christen, komt die rol pas aan het einde naar voren. Het lijkt toch allereerst te gaan om persoonlijke vorming en verandering/bekering, voordat de gemeenschap in beeld komt (vgl. p. 299). Maar worden de gaven van de Geest niet juist aan de gemeenschap geschonken en neemt het individuele interpreteren van de Bijbel dan niet een secundaire plaats in? Als de gemeenschap dan toch zo van belang is, zouden dan ervaringen van gemeenschappen juist niet het Christus-geladen lezen van de Bijbel voeden? Het was de ontdekking van de Zuid-Amerikaanse bevrijdingstheologie dat er een voorkeursoptie voor de armen is, die ook een hermeneutische sleutel werd om Christus te ontmoeten (Mt. 25). Het is opvallend dat, behoudens een korte passage over intercultureel lezen (275), er geen betekenis wordt gehecht aan feministische of postkoloniale lezing van de Bijbel, of aan ervaringen van gemeenschappen die het lezen van de Bijbel ‘met de gedachten van Christus’ zouden voeden. Daarmee wordt het boek op bepalende plekken toch meer een kenleer voor het begrijpen van de Bijbel dan een getuigenis van levensveranderend lezen in Christus. Ik ben ervan overtuigd dat de ridders uit Burgers gezelschap hem hierin verder kunnen brengen. Dat zou van onmetelijke waarde kunnen zijn voor een evangelische en charismatische theologie, die deze, zeker in de westerse cultuur, nodig heeft om uit het stramien van individuele bekering en beleving te komen, of die juist de Bijbel leest als een strikt-objectieve weergave van Gods heilsgang en bedeling door de geschiedenis. Voor wie daarin een andere weg zoekt, geeft dit boek rijke stof tot denken. Â
Â
Theo Hettema, staftheoloog Bond van Vrije Evangelische Gemeenten in Nederland