top of page
  • Ilonka Terlouw

Zijn we onze vrijheid kwijt?

Het nieuwe kerkelijke seizoen staat voor de deur. De voorbereidingen voor de startzondag komen op gang. Als predikant van de Protestantse Gemeente Tollebeek probeer ik deze laatste zomerweken de tijd te nemen om na te denken over komend seizoen: Welke thema’s, mensen of commissies verdienen aandacht? Waar heeft de gemeente behoefte aan, baat bij? Ik denk terug aan de afgelopen coronamaanden, de maandenlange kerksluiting, online diensten en de noodgedwongen stillegging van veel gemeentewerk. Zo zal het komende seizoen er toch niet uitzien? Ik verwacht het niet. Nu enkel de 1,5 meter leidend is, kunnen we weer een enigszins fatsoenlijk aantal kerkgangers ontvangen. We mogen weer volop zingen en veel gemeenteactiviteiten kunnen worden hervat. Zo nu en dan voelt het zelfs al weer ‘als vanouds.’ En tóch: juist dat ‘als-vanouds-gevoel’ roept bij mij een onverwachte vraag op. Zijn we onze vrijheid dan nu weer kwijt? Zijn wij, gemeentepredikanten (maar misschien ook wel: kerkelijk werkers, kerkenraden, gemeenteleden) onze vrijheid nu weer kwijt?


Begrijp me niet verkeerd: De versoepelingen afgelopen voorjaar hebben ons op tal van punten vrijheid teruggegeven. We mógen weer zingen, bijeenkomen, vergaderen, gemeenteactiviteiten organiseren. Maar als gevolg van al die vrijheden staat mijn agenda voor het najaar al weer behoorlijk vol. Ik herinner me gesprekken met collega’s, afgelopen corona periode, die soort van opgewekt concludeerden dat er verbazingwekkend veel tijd overbleef in hun werkweek nu tal van vergaderingen en bijeenkomsten vervielen. (En lang niet alle gecancelde vergaderingen werden als gemis ervaren.) Wat je al niet kan doen, in zoveel vrijgekomen tijd!


Veel gemeentes bleken in mum van tijd te kunnen digitaliseren, zónder voorafgaande urenlange of zelfs jarenlange (commissie)vergaderingen en gemeenteberaadslagingen. De coronabesluitvorming is niet altijd en overal zonder slag of stoot verlopen, maar onder druk bleek veel mogelijk. Zanggroepjes werden opgericht. Nieuwe vormen om gemeenteleden thuis te betrekken bij de diensten werden uitgeprobeerd: een gezamenlijk ingesproken kerstboodschap, persoonlijke getuigenissen tijdens de diensten, vragen appen aan de predikant. Tal van gemeenteleden participeerden op tal van (nieuwe) manieren. We experimenteerden met nieuwe vormen van vieren. In het late voorjaar van 2020 was de kerk zondags open voor bezinningsmomenten van zo’n 10 minuten: gebed, Bijbellezing, orgelspel, verwerkingsvraag of -gedachte. In drie shifts elke ochtend konden gemeenteleden aldus toch naar de kerk komen. Ambtsdragers – niet predikanten – gingen voor. Na afloop was er koffie. De moderne en prettige ruimte van onze net verbouwde hal blijkt echt meerwaarde te hebben voor ons gemeentezijn. Al die initiatieven kostten mij zeeën van tijd aan voorbereiding, maar die tijd en ruimte had ik en kreeg ik van de kerkenraad.


Nu vult mijn agenda zich weer ‘als vanouds.’ Het streven van mijn kerkenraad? Zo snel mogelijk terug naar normaal. Daar stond ik volledig achter. Het verlies aan gemeenteleven in coronatijd vind ik vele malen groter dan de ‘winst.’ Toch laat de vraag me niet los: zijn we alle bovengenoemde zaken nu kwijt? Het oude en vertrouwde vormt al snel de mal waar het kerkelijk leven komend seizoen onherroepelijk ingegoten wordt. Taakdragers in de kerk hebben verwachtingen en willen hun oude positie en taak terug. Wat blijft er over van de vrijheid om andersoortige diensten of bijeenkomsten te houden? Hoe staat het met de liturgische vrijheid die er was qua muziekkeuze, participatie van zangers, muziek, andere vormen om het avondmaal te vieren? De eerste dienst dat ik weer zingen ‘mocht’, bracht mij niet in de zevende hemel. Het voelde niet ‘als vanouds’, eerder oud en lichtelijk ouderwets. Ik denk terug aan wat afgelopen maanden mij leerden over de kern van kerkzijn en zoek naar en bevraag de momenten die bij mij een besef van Gods tegenwoordigheid opriepen. Nu is mijn kerkenraad bepaald de moeilijkste niet. Maar al krijg ik van hen alle vrijheid die ik zou willen, hoe vind ik in de praktijk de tijd er voor? En: is dat wel mijn taak? Moeten we daar als gemeente niet iets mee? Kortom: Hoe conserveren we de ‘winst’ van 1,5 jaar kerk & corona? Of zijn we onze vrijheid kwijt?


Ds. dr. Ilonka Terlouw is praktisch theoloog en predikant in de Prot. Gem. Tollebeek. Haar interesse ligt bij de zoektocht naar God en geloof in het gewone leven en de wijze waarop in de evangelische beweging daarmee wordt omgegaan.

155 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page